OVSE Spillover Monitor Mission, Macedonië
Duur missie: 28 oktober 2001 - 1 februari 2004
Aantal militairen: 2
Dodelijke slachtoffers: geen
Dapperheidsonderscheidingen: geen
Achtergronden
De Macedonische bevolking bestaat vooral uit Slavische Macedoniërs en etnische Albanezen. De Slavische Macedoniërs bezetten traditioneel de sleutelposities in de samenleving. Hoewel etnisch-Albanese partijen na de onafhankelijkheid deel uitmaakten van vrijwel alle regeringen, was er tot 2001 weinig vooruitgang geboekt op het gebied van hun politieke en sociaaleconomische eisen. De Albanezen probeerden dit met geweld bij te zetten. De partijen sloten op 6 juli 2001 een staakt-het-vuren. De Slavisch-Macedonische en etnisch-Albanese leiders ondertekenden vervolgens op 13 augustus het zogeheten akkoord van Ohrid dat de territoriale integriteit en het multi-etnische karakter van de Macedonische samenleving erkende.
Het Nederlandse aandeel
De missie van de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) was al sinds 1992 actief in Macedonië. De OVSE monitorde de ontwikkelingen langs de grens tussen Macedonië en Kosovo en ook de situatie in de andere gebieden die het risico liepen betrokken te raken bij het conflict in het voormalige Joegoslavië. De aanwezigheid van de monitors heeft bijgedragen aan de terugkeer van gemengde etnisch-Albanese en Slavisch-Macedonische politie-eenheden naar een aantal risicogebieden. Het Ministerie van Defensie stelde vanaf 28 oktober 2001 een officier beschikbaar als waarnemer voor de missie van de OVSE in Macedonië. De officier werd opgevolgd door een politieadviseur van de marechaussee in de rang van kolonel. Deze laatste keerde op 1 februari 2004 terug in Nederland.