Vlissingen
Operationeel: 31 augustus 1939 - 1 januari 1944
Aantal banen: 2
Tijdens de mobilisatie in 1939 verplaatste de Militaire Luchtvaart (ML) de elementaire vliegopleiding naar het vliegveld Souburg. Zo heette het luchtvaartterrein bij Vlissingen in de volksmond. In de meidagen 1940 week het grootste deel van de vliegschool naar Frankrijk uit. Daarna vluchtte het personeel naar Groot-Brittannië en trad in dienst bij de RAF.
Na de overgave van het Nederlandse leger gebruikte de Luftwaffe het vliegveld. Dit kwam door de goede strategische ligging. De Duitsers breidden het landingsterrein uit. Al snel bombardeerde de Royal Air Force het vliegveld, maar richtte weinig schade aan. Luftwaffe-eenheden schoten tijdens de aanval verschillende Britse bommenwerpers neer.
Italiaanse steun
De Luftwaffe kreeg hierbij steun van vliegers van de Corpo Aero Italiano (CAI). De Duisters en Italianen voerden patrouille- en bewakingsvluchten uit boven het Nederlandse kustgebied. Dit deden ze vanaf de herfst van 1940 tot begin 1941.
Tot begin 1942 was het een komen en gaan van Luftwaffe-eenheden op Vlissingen. Daarna deed Souburg alleen nog dienst als uitwijkvliegveld. Op 15 en 19 augustus 1943 was het vliegterrein doelwit van zware luchtaanvallen. Hierbij kwam een aantal Nederlanders om het leven. Souburg had in de praktijk weinig betekenis. Want de Luftwaffe benutte het terrein nauwelijks.
Begin 1944 maakten de Duisters het vliegveld onbruikbaar. In oktober kwam het terrein door geallieerde bombardementen onder water te staan. Dat gold overigens voor bijna heel Walcheren.
Na de oorlog verrees op de plaats van het voormalige vliegveld Vlissingen een woonwijk. Sporen uit de oorlog zijn niet meer te zien.