Ypenburg
Op 10 mei 1940 bonden de op Ypenburg gestationeerde vliegtuigen de strijd aan met Duitse toestellen. Deze verschenen boven de Haagse regio. Tegelijkertijd bombardeerde de Luftwaffe het nabij Rijswijk gelegen vliegveld. Duitse transportvliegtuigen met luchtlandingstroepen probeerden daarna op Ypenburg te landen.
De Duitsers namen bezit van Ypenburg. Ondanks dat Nederlands geschut een groot aantal van de Duitse toestellen in brand schoot. Maar zij moesten Ypenburg spoedig weer prijs geven. Daarna bleef het veld tot de overgave in Nederlandse handen.
VIP’s, post en goederen
Na de overgave herstelden en vergrootten de Duitsers het vliegveld. Ypenburg deed nauwelijks dienst als basis voor Duitse gevechtseenheden. Begin 1941 opereerde een aantal Duitse jachtvliegtuigen die Leeuwarden als basis hadden korte tijd vanaf het Haagse vliegveld. In Den Haag zaten hooggeplaatste Duitse functionarissen. Het zwaartepunt lag daarom op het vervoer van VIP’s, post en goederen.
Geallieerde verkenningen begin 1943 wezen uit dat het terrein onbruikbaar was gemaakt. Toch kreeg het een nieuwe functie. Ypenburg werd een afvuurlocatie voor de V.1. Vanaf 3 maart 1945 volgde een aantal lanceringen richting Londen. Na een zwaar bombardement door de RAF op 20 maart 1945 ontruimden de Duitsers het terrein.
De geallieerden dropten in ’45 grote hoeveelheden voedsel voor de hongerende Haagse bevolking. Dit was van 29 april tot en met 8 mei voor de operaties Manna en Chowhound.
Woonwijk
Na de bevrijding kreeg Ypenburg eerst een civiele bestemming. Daarna gebruikte de luchtmacht het terrein van 1953 tot 1991 als vliegbasis. Nu bevindt zich hier een woonwijk. Alleen een verkeerstoren en het als rijksmonument aangemerkte stationsgebouw herinneren nog aan het voormalige vliegveld.