Collectie uitgelicht! Dagboek uit de tropen
Wibbine Verschuur is net 22 jaar oud als ze in augustus 1945 in Engeland aankomt. Ze wil dienen bij de MARVA en volgt hiervoor in Greenwich de basisopleiding. Twee weken later is deze opleiding succesvol afgerond en wordt Verschuur benoemd tot officier MARVA der derde klasse. Voordat ze daadwerkelijk uitgezonden wordt moet ze echter nog twee jaar wachten. Ze meldt zich dan aan voor dienst in Indonesië, waar de onafhankelijkheidsoorlog woedt.
Van haar reis naar Indonesië doet Verschuur veelvuldig verslag. Zo schrijft ze brieven aan het thuisfront, maakt ze een heel aantal foto’s en schrijft ze dagboeken vol. Het zijn bijzondere tijdsdocumenten die een inkijkje geven in het leven van een jonge MARVA-officier overzee.
Indrukwekkende vliegreis
Het is vroeg in de ochtend van maandag 28 juli 1947 als de Douglas C-54, met als eindbestemming Jakarta, vertrekt. Althans, dat is het plan. “Om 6:14 taxiën we weg en om 6:20 (…) taxiën we terug, kleine technische storing”, schrijft Verschuur. Deze kleine technische storing zorgt ervoor dat het vliegtuig pas ruim 24 uur later daadwerkelijk de lucht in kan.
Dat alleen de vliegreis al een enorme indruk maakt op Verschuur, blijkt uit haar dagboek. Zodra ze wat lager vliegen en de Alpen naderen is het volgens Verschuur “(…) een uur lang eenvoudig een sprookje.” Vanuit de lucht zien de officieren de top van de Mont Blanc en boven het bergachtige Corsica is zelfs nog sneeuw te zien. Boven Rome zien ze onder andere de rivier de Tiber, de Sint-Pietersbasiliek, het Forum en het Colosseum, voordat ze landen voor een tussenstop. Na Rome maken ze nog meer tussenstops in Caïro, Basra, Calcutta, Bangkok en Singapore. De reis heeft ook minder aangename kanten. Tijdens een stop in Irak is er bijvoorbeeld een sterke woestijnwind en ondragelijke hitte: “Een tropenhoed zou niet overbodig zijn”, schrijft Verschuur nuchter.
Het MARVA-huis in Jakarta
Na aankomst in Jakarta schrijft ze op 6 augustus in een brief aan haar ouders over de eerste drie dagen in het MARVA-huis ‘Van Speijk’: “De warmte valt mij tot nu toe mee. ’s Morgens vroeg is ’t zelfs heerlijk.” Verschuur schrijft dat het middagslaapje nodig is, daar is het werkrooster ook op ingericht. De marva’s staan om zes uur op en gaan anderhalf uur later aan het werk. Ze doen hun administratieve werkzaamheden tot half twee, waarna ze vrij zijn. In de middagen oefent Verschuur vooral Maleise woordjes. Als er geen dienst is op de kazerne, trekken de officieren eropuit naar Tanjung Priok om te gaan zwemmen.
Op 28 november 1948 wordt Verschuur benoemd tot ‘Hoofd MARVA in het Oosten’. In maart 1950 keert ze terug naar Nederland. Tot haar eervol ontslag in 1953 is ze commandant van de afdeling Den Haag.
Zelf raadplegen
Naast de dagboeken en brieven bevat de collectie van Wibbine Verschuur ook fotomateriaal en krantenknipsels over haar diensttijd in Indonesië. Deze documenten bevinden zich in de NIMH-collectie 061: Marine Vrouwenafdeling (MARVA), te raadplegen op www.archieven.nl.